15/7/2017: De eerste plaats op Assen is een feit!

Waar Assen tot nu toe voor ons het toneel was van enkele tweede plaatsen en vooral veel valpartijen en technische mankementen, hebben we nu eindelijk de eerste plaats te pakken!

Met meerdere mensen achter me op de startgrid die allemaal al een rondetijd van 1:47 reden dit seizoen, voelde de pole positie met 1:48.3 nou niet bepaald comfortabel. En waar ik er op mijn oude R1 altijd als een kogel vandoor ging, heb ik het starten met de BMW nog niet echt onder de knie.

Gelukkig ging de start goed en in mijn ooghoek zag ik dat ik veilig de eerste bocht in kon duiken. Flink op het gas door Haarbocht, Madijk en Ossenbroeken en een verdedigende lijn door de Strubben en zo kon ik als eerste de Veenslang op. Wat later remmen dan ik gewend ben aan het einde van dat rechte stuk en de rest van het circuit op de gebruikelijke manier en zo kwam ik ongeschonden de eerste ronde door.

Met een korte blik op mijn laptimer zag ik echter tot mijn schrik een 1:53.2 staan. Dat was natuurlijk nooit genoeg voor die jongens achter me met hun 1:47-ers! Hierbij realiseerde ik me niet dat dit voor een ronde vanuit stilstand helemaal geen slechte tijd was. Zonder deze relativering toe te passen, heb ik de tweede en derde ronde direct alles gegeven om zelf ook voor het eerst met de nieuwe fiets twee 47-ers neer te zetten. Achter me werd echter ook 1:47 gereden en toen ik in een poging nog later te remmen na start-finish wijd ging in de eerstvolgende bocht, dook de nummer 2 in het klassement direct onderdoor en kwam ik op een tweede plek te rijden. Vooruit ik was zo wijd gegaan dat de breedte van het asfalt in de Haarbocht niet voldoende was om op de baan te blijven, maar hij zat me dus op de hielen.

Een ronde lang heb ik achter hem gereden. Wat nu? Moest ik achter hem aan gaan rijden en kijken of er nog plekken waren waar ik sneller was om hem dan richting het einde van de race proberen voorbij te gaan? Maar wat nu als hij sneller is en juist bij mij wegrijdt, dan kan ik beter zo snel mogelijk de inhaalactie proberen. Of stel dat ik wel wacht tot het eind, maar dat hij veel beter blijkt te zijn in de eindstrijd. Als ik hem inhaal dan kan hij mij juist gaan volgen en wachten op een moment om toe te slaan. Een ronde lang heb ik nagedacht over deze opties. Een ronde lang waarbij hij op sommige stukken sneller was en ik op andere. Uiteindelijk leek het me de beste optie om een inhaalactie te plaatsen en te proberen een gat te slaan.

In mijn enthousiasme om naar hem toe te rijden, nam ik veel snelheid mee bij het ingaan van Ossebroeken, waarbij ik hem in eerste instantie aan de buitenkant langszij wilde zetten. Zoveel snelheid had ik nou ook weer niet en even dacht ik dan ook dat mijn inhaalactie ging mislukken, maar bij het uitkomen van Ossebroeken richting Strubben reed ik toch weer naar hem toe en deze keer kon ik aan de binnenkant erlangs. Mijn poging om daarna niet alleen aan het einde van de Veenslang wat later te remmen, maar de rest van het circuit zo laat mogelijk te remmen en zo vroeg mogelijk op het gas te gaan, leverde me direct de snelste raceronde op.

De rest van de race bleef ik het gevoel houden dat elk foutje weer zou betekenen dat ik weer ingehaald zou worden. Daarnaast wilde ik ook niet als haas fungeren. Ik weet uit eigen ervaring dat wanneer iemand in beeld is en je merkt dat de afstand verkleint, dit je ook de motivatie en kracht kan geven om nog wat harder te rijden. Dat ik door dit effect hoe dan ook te willen voorkomen, zelf ook boven mezelf uit was gestegen, was een fijne bijkomstigheid. Vroeg ik me bij aanvang van de race nog af of ik met mijn poletijd van 1:48.3 wel opgewassen was tegen alle coureurs met een 1:47 op hun naam achter me, nu reed ik er zelf 7!

Het passeren van de finish was een ware ontlading. Moe en voldaan heb ik op een slakkegang mijn uitloopronde gereden om onder luid gejuich te worden ontvangen in de pitstraat. Wellicht dat het voor sommige toeschouwers eruit moet hebben gezien alsof ik deze race zo had uitgedacht, maar wat heb ik ervoor gestreden.

Ondanks de dubbele overwinning op Oschersleben was mijn voorzichtige inschatting een 6e plaats in deze race op Assen, met de stiekeme hoop om een podium te scoren. Door een eerste plaats te scoren heb ik echter naast vriend en vijand, bovenal mijzelf verrast. Spreekwoordelijk dan, want het mooie aan de OW Cup vind ik dat je naast de strijd op de baan zo gebroederlijk naast elkaar op de paddock staat.

Nu aftellen naar de dubbele races op Dijon et Prenois op 27 en 28 juli. 

Tot snel!

Wouter van Heyningen

 

 

20170715 - 1.jpg